Programmeren woordenboek - Computerwoorden.nl: Een begrip in de ICT!
computerwoorden.nl
Programmeren woordenboek
Printlijst:
Home | Sitemap | Zoektips |

Programmeren

C++Builder

Geavanceerde RAD-ontwikkelomgeving (Rapid Application Development) voor C++ applicaties van Borland. Ondersteunt integratie met Delphi.

Call by value

In een programmeertaal: het kopiëren van de waarde van een bestaande variabele naar een nieuwe lokale variabele, die tijdelijk binnen de module wordt gebruikt.

CAPI

  • Common ISDN Application Programming Interface
Een functiebibliotheek in de vorm van een systeem-DLL die is aan te spreken door communicatieprogrammatuur. CAPI 1.1 en de veel uitgebreidere versie 2.0 zijn de meest gebruikte varianten, maar soms kom je ook nog andere versies tegen. CAPI is beschikbaar voor de meeste besturingssystemen, waaronder alle Windows-platforms, OS/2 Warp en DOS. Omdat programma's die met CAPI werken niet belemmerd worden door klassieke snelheidsbeperkingen voor seriële poorten, kunnen dergelijke applicaties op volle snelheid werken.

Case

Optie in een programmeertaal, waarbij een keuze kan worden gemaakt uit verschillende mogelijkheden. Wanneer de variabele aan een bepaalde voorwaarde voldoet, zal het programma de bijbehorende mogelijkheid uitvoeren.

Casting

  • Cast
  • Type casting
Middel om conversie van het ene naar het andere type af te dwingen. Bijvoorbeeld om een string te veranderen in een integer.

CBD

  • Component Based Development
Het ontwikkelen van applicaties met behulp van herbruikbare softwarecomponenten.

Cha

  • Chars
Een variabele die een karakter (character) voorstelt. Meestal is dit een byte die één van de 256 karakters uit de ASCII-tabel als waarde kan aannemen. Een rijtje Chars wordt ook wel een string genoemd.

CIID

  • Computer Implemented Inventions Directive
  • Softwarepatentrichtlijn
Richtlijn voor het invoeren van softwarepatenten binnen Europa. De richtlijn is eind 2005 door het Europees parlement met een overweldigende meerderheid verworpen. De tegenstanders van de richtlijn die vooral in de open-source gemeenschap te vinden zijn waren bang dat de richtlijn de mogelijkheden voor het ontwikkelen van software zou inperken vanwege de grote dreiging van rechtzaken om (vermeende) inbreuken op softwarepatenten.

Class

  • Klasse
Een verzameling variabelen en functies die gebruik maken van deze variabelen binnen een programmeeromgeving.

CLR

  • Common Language Runtime
Onderdeel van het .NET Framework dat de klassen laadt voor het programma, het geheugen en de systeembronnen beheert en zorgt voor de vertaling van de IL-code tijdens de uitvoering van het programma.

Code

Algemene term voor programmaregels. Dat kan betrekking hebben op de regels van een programma, zoals calc.exe, maar ook op de instructies die nodig zijn voor het vertonen van een internetpagina, zoals HTML.

Code Frozen

Er mag niets meer aan de code van de software gewijzigd worden.

Collating sequence

Karaktervolgorde zoals aangegeven in een codetabel die gebruikt wordt bij het vergelijken of sorteren van strings.

Commentaar

  • Comment
Regels in source-code die bij compilatie geen programmacode opleveren. Hoewel ze geen invloed hebben op de uitvoering van het programma, zijn ze meestal onmisbaar omdat een programma zonder commentaar nagenoeg onleesbaar is. Ook in batch-files kan men commentaar opnemen, door de regel te laten beginnen met REM.

Common facilities

Om de ontwikkeling van toepassingen te vereenvoudigen kent CORBA de zogenoemde common facilities. Dit zijn kant-en-klare standaard raamwerken (frameworks) van samenwerkende objecten die ingezet kunnen worden in specifieke situaties. Er zijn twee soorten common facilities: horizontale en verticale.

Comparison operator

  • Vergelijkingsoperator
Een functie in een programmeertaal om twee waarden te vergelijken. Een voorbeeld van een dergelijke operator in Perl is ==; deze 'bekijkt' of de waarden gelijk zijn. Is dit het geval, dan is het resultaat waar (true).

Compilatie

Het omzetten van een hogere programmeertaal naar machinetaal. Het volledige programma wordt omgezet. Na de volledige omzetting kan de uitvoering van het programma starten.

Compile-Time errors

Er is sprake van Compile-Time errors (fouten) wanneer de compiler de code niet kan compileren. Compile-Time errors noemen we dikwijls syntaxfouten, maar eigenlijk gaat het ook om lexicale of semantische fouten. Vaak is de oorzaak een typefout of een functieaanroep zonder de vereiste parameters.

Compiler

Speciaal programma dat dient om een in een programmeertaal geschreven programmatekst om te zetten in machinecode. De programmatekst wordt aangeduid als broncode, de vertaalde (gecompileerde) versie als de objectcode of doelcode. De compiler heeft de volgende taken:
  1. Het programma controleren op fouten en daar melding van maken.
  2. Als er geen fouten gevonden is, dan het programma vertalen naar machinecode.
Van broncode tot programma.
Van broncode tot programma.

Compiler

  • Vertaler
Hulpprogramma waarmee programmatekst (sourcecode) kan worden omgezet in machinetaal. Hierna ontstaat er een com- of een exe-file die de computer meteen kan draaien. Een compiler is een vertaler die een programma dat geschreven is in een hogere programmeertaal, zoals C en Pascal, naar machinecode (instructies die de processor kan uitvoeren) omzet. Het resultaat is dus een uitvoerbaar programma, hoewel de compiler soms slechts een objectbestand (met de extensie obj) genereert dat nog gelinkt (gekoppeld) moet worden aan bepaalde programmabibliotheken voordat er een uitvoerbaar programma ontstaat. Op pc's gebeurt dit echter vaak in één keer en hoeft de gebruiker zich hierover dus niet druk te maken.

Component

  • Onderdeel
Losse brokken programmacode die we al dan niet kunnen gebruiken in programma's. Een voorbeeld hiervan zijn de Visual Basic Custom Controls.

Constante

Waarde in het programma die tijdens de uitvoering van het programma niet meer kan veranderen.

Controls

Softwarecomponenten die vaak een eigen stukje van de gebruikersinterface van een applicatie voor hun rekening nemen. Deze componenten kunnen in gecompileerde vorm (dus zonder dat je de broncode hoeft te hebben) worden hergebruikt. Controls hebben daarom allerlei instellingen om ze bruikbaar te maken in vele toepassingen. Vaak heeft een control ook een design-time user interface die de ontwikkelaar ondersteunt bij het kiezen van de juiste instellingen. Een eenvoudig voorbeeld van een control in een client-applicatie is de button.

Copyleft

Een begrip in de wereld van open source als tegenhanger van copyright. Copyleft is het idee en specificatie dat bij distributie van software de gebruiker het recht heeft om de software vrij te mogen kopiëren, de code mag inzien en eventueel aanpassen, het software mag opnieuw distribueren (eveneens gratis) zolang de software nog voldoet aan de specificaties van copyleft. De term is bedacht door Richard Stallman en de Free Sofware Foundation.

Corba

  • Common Object Request Broker Architecture
Systeem dat ervoor zorgt dat programma's onderling kunnen communiceren en functies van elkaar kunnen gebruiken. Dat is met name handig bij Office-programma's die zo dezelfde knoppenbalken kunnen gebruiken.

Counter

  • Teller
In programma's wordt vaak met counters gewerkt, bijvoorbeeld om een routine een aantal malen te laten doorlopen.

Cross assembler

Assembler die machinecode aanmaakt voor een ander type processor dan waarop deze zelf draait.

CSCRIPT.EXE

Deel van WSH (Windows Script Host), waarbij cscript.exe de command line engine is. CSCRIPT geeft alle output weer op het command prompt venster. Indien je meerdere regels wilt weergeven, is CSCRIPT makkelijker dan WSCRIPT (de grafische interface), omdat je dan niet voor elke regel op OK hoeft te klikken.

ctor

  • Constructor
Bij het maken van een object van een klasse wordt dat object door de compiler geïnitialiseerd. De initialisatie kan worden beïnvloed door een constuctor beschikbaar te stellen. Deze wordt dan aangeroepen in plaats van de standaardconstructor (die door de compiler beschikbaar wordt gesteld). De naam van de constructor is gelijk aan de klassenaam.

CVS

  • Concurrent Versioning System
Systeem voor versiebeheer. CVS wordt met name gebruikt om open source projecten te beheren - het is mogelijk dat verschillende ontwikkelaars op basis van dezelfde versie doorwerken in een andere richting. Wanneer stabiele resultaten bereikt zijn kunnen de resultaten worden ge�ntegreerd.