Netwerk woordenboek - Computerwoorden.nl: Een begrip in de ICT!
computerwoorden.nl
Netwerk woordenboek
Printlijst:
Home | Sitemap | Zoektips |

Netwerk

DANTE

  • Delivery of Advanced Networking Technology to Europe
Europees netwerk ter ondersteuning van het wetenschappelijk onderzoek.

DAS

  • Dual Attachment Station
Dit is een apparaat dat zowel op de primaire als op de secundaire FDDI-ring is aangesloten. Mainframes en minicomputers met een FDDI-kanaal worden op deze manier aangesloten.

Dataframe

Gestructureerd, logisch pakket waarin data kan worden geplaatst. De datalinklaag verpakt de ruwe bits van de fysieke laag in dataframes. De exacte vorm van een frame is afhankelijk van de netwerktopologie. Gegevens die worden verzonden worden in kleine eenheden opgedeeld en gecombineerd met controlegegevens, zoals indicatoren voor het begin van de boodschap en het einde van de boodschap.

Datagram

Samentrekking van (computer)data en telegram: een gegevenspakketje dat als attachment is gekoppeld aan alle bestanden die via een TCP/IP-netwerk van de ene computer naar de andere worden getransporteerd. Het datagram bevat alle gegevens om het bestand van de verzender bij de ontvanger te krijgen.

Datahuurlijn

Een speciale telefoonlijn van de ene locatie naar de andere, die gehuurd wordt voor exclusief gebruik (24 uur per dag, 7 dagen per week). Hoge-snelheid data-overdracht vereist een datahuurlijn.

Datalijn

Een telecommunicatieverbinding waarmee een computer een directe en permanente verbinding heeft met het internet. Het betreft verbindingen die over grote afstand worden gebruikt voor de overdracht van digitale gegevens.

Datapakket

Een informatie-eenheid die in zijn geheel in het netwerk wordt doorgegeven. Het pakket doorloopt alle lagen in volgorde, van boven naar beneden. In iedere laag wordt extra data over de opmaak of de adressering toegevoegd, nodig om het pakket op de juiste wijze door het netwerk te sturen.

Deadlock

Bij netwerken. Wanneer gebruikers op hetzeIfde moment gebruik willen maken van bepaalde resources (bijvoorbeeld een record uit een database) kan een situatie op treden waarbij geen van de gebruikers verder kan en het systeem geblokkeerd is.

DECnet

  • Digital Equipment Corporation Networking
Hardware- en softwareproducten van Digital Equipment Corporation die de Digital Network Architecture (DNA) vormen. DECnet definieert communicatienetwerken voor Ethernet LAN's, file distributed datainterface metropolitan area networks (FDDI MAN's) en WAN's die faciliteiten voor datatransmissie gebruiken. DECnet kan zowel TCP/IP- en OSI-protocollen gebruiken.

Delen

  • Share
Gemeenschappelijk gebruiken: het beschikbaar stellen van bronnen, zoals directories en printers, aan netwerkgebruikers. Engels: Sharing.

Demping

  • Attenuatie
Het verzwakken of in kwaliteit afnemen (vervorming) van een verzonden signaal naarmate het verder van de oorsprong komt. Dit kan zowel bij digitale als analoge signalen optreden. Demping wordt meestal in decibels gemeten. Demping van een signaal dat over een lange kabel wordt verzonden, wordt gecorrigeerd door een repeater die een binnenkomend signaal versterkt.

Deny-rule

Regel van een firewall die bepaalt of een actie niet mag. De tegenovergestelde rule is allow-rule, waarmee wordt bepaald dat iets wel mag.

Departemental management

Het beheer van een werkgroep; een van de drie niveaus van netwerkmanagement,

Destination node

De pc die een pakket ontvangt op een netwerk van een source node.

Digital PowerLine-technologie

Deze techniek is ontwikkeld door Nortel en Norweb en maakt het mogelijk om dataverkeer via een electriciteitskabels te laten plaatsvinden. Met de Digital PowerLine-technologie kan een snelheid bereikt worden van 1 MB per seconde.

Dijkstra-algoritme

Wordt toegepast om de optimale routes in netwerken te berekenen. Hierbij wordt rekening gehouden met het aantal hops (het aantal routers dat het pakket moet passeren om op de plaats van bestemming aan te komen), de lijnsnelheid, het netwerkverkeer en de benodigde inspanning.

Direct Route

Een WAN-toegangstechnologie die point to point netwerkkoppelingen biedt voor snelle en goedkopee data-overdracht tussen LAN's.

Distance vector algorithme

Algoritme voor routing in een netwerk, ook bekend als de Bellman-Ford methode. Na inschakeling van het totale netwerk weet elke router uitsluitend met welke andere router hij direct verbonden is. Nadat een router zijn aanwezigheid kenbaar heeft gemaakt en informatie van de naastgelegen router heeft ontvangen, is ook het deel van het netwerk bekend dat één router verder ligt. Dit gaat zo door tot het gehele netwerk bekend is.

Disusered

Verbinding verbreken met een gebruiker op het netwerk.

DIX-connector

De stekker die bij standaard ethernet wordt gebruikt.

DMI

  • Desktop Management Interface
Alle informatie over het werkstation wordt opgeslagen in een MIF-bestand op de harde schijf. Een breed gedragen standaard voor het beheer van pc's. Een belangrijk verschil met SNMP is dat de communicatie tussen agents en console (de manager in DMI-termen) veel losser is gestandaardiseerd. Transport kan real-time via een DMI-transportlaag (met bijvoorbeeld IP of IPX) plaatsvinden, maar ook via databestanden die op gezette tijden worden verzameld. Er is, in tegenstelling met SNMP, vaak geen console add-in nodig om er zinnige dingen mee te doen. Versie 2 van DMI maakt theoretisch softwaredistributie mogelijk. Het gaat dan niet om het afleveren van updates op pc's en servers, want dat is niet zo moeilijk. Het gaat om het op gestandaardiseerde wijze installeren van die update of nieuwe software.

DNA

  • Digital Network Architecture
Netwerkarchitectuur van DEC. In dit model werd datatacommunicatie in zevental lagen onderverdeeld.

Doorvoersnelheid

Een maat voor de snelheid waarmee gegevens in een onderdeel, verbinding of systeem worden verplaatst. Bij netwerken is de doorvoersnelheid een goede indicatie van de performance van het gehele systeem omdat het aangeeft hoe goed de onderdelen samenwerken om gegevens van de ene computer naar de andere over te brengen. In dit geval zou de doorvoersnelheid aangeven hoeveel bytes of pakketten het netwerk per seconde kan verwerken.

Downstream

Overdrachtsrichting van het netwerk naar de modem.

DQDB

  • Double Queue Dual Bus
Bekabelingsstandaard voor MAN's die gebruik maakt van twee éénrichtingsbussen, waarop alle computers van het netwerk aangesloten worden. DQDB staat ook bekend als IEEE 802.6

Draadloos netwerk

  • Wireless network
Hier maakt men gebruik van radio- of infrarood technologie om een groep PC's die dicht bij elkaar staan te verbinden. Meestal maakt het draadloos netwerk deel uit van een groter LAN, waarbinnen wel kabels gebruikt worden.

Draadloze netwerkkaart

  • Wireless NIC
Een draadloze netwerkkaart verbindt een computer (pc, laptop) of een pda met een draadloze router of access point.

Draadloze router

Apparaat dat dezelfde functie heeft als een access point, deze zorgt voor een gemeenschappelijke met het internet en verbind een draadloos netwerk met een bekabeld netwerk. De draadloze router is standaard voorzien met router- en firewallfunctionaliteit en bevat eventueel een ADSL-modem. Daarnaast hebben veel routers ook een usb-aansluiting om hardware via het draadloze netwerk of internet te delen. Een out-of-the-box geinstalleerde router is standaard slecht beveiligd, wanneer deze in gebruik wordt genomen, moet deze eerst goed worden geconfigureerd. Een goed geconfigureerde router zorgt voor een veilige omgeving.

Dropcable

Verbindingskabel tussen ethernet (lOBase5) en randapparaat.

DSSS

  • Direct Sequence Spread Spectrum
Transmissietechniek toegepast bij draadloze netwerken van het type IEEE 802.11b. Technologie die gebruikt wordt om gegevens via radiogolven te versturen. Bij DSSS worden de pakketten verspreid over een frequentieband verstuurd.

Dynamische routing

Manier van routing waarbij wijzigingen in het netwerkverkeer of de netwerktopologie automatisch wroden verwerkt.